INTERCLASSICS BRUSSELS

🇳🇱

De race-CSL, die in detail verschilde van de wegauto, was in 1973 klaar voor actie. Tijdens het seizoen werd de zescilindermotor vergroot van de oorspronkelijke 3,2 liter tot 3,5 liter en werd de vierversnellingsbak vervangen door een Getrag vijfversnellingsbak. In vergelijking met Alpina’s eerste inspanningen steeg het vermogen met 75 pk en daalde het gewicht met meer dan 150 kg. De 3.0 CSL werd vooral ingezet door het BMW Works team in de nu bekende M-kleuren, maar ook door Alpina en Schnitzer, en vocht het hele seizoen een epische strijd uit met de Ford Capri. Aan het eind van het seizoen was het Works-coureur Toine Hezemans die de rijderstitel pakte en BMW de constructeurskroon. Illustratief voor de populariteit van de serie waren de gastritten van Formule 1-coureurs Lauda, Hunt, Stuck en Amon. De laatste twee behaalden een overwinning in de Nürburgring ronde van het seizoen na zes brute uren op de Nordschleife.

🇬🇧🇺🇸

Differing in detail from the road car, the racing CSL was ready for action in 1973. During the season, six cylinder engine was increased in size from the initial 3.2 litre to 3.5 litre and the four speed gearbox replaced by a Getrag five speed box. Compared to Alpina’s first efforts power was up by 75 bhp and weight down over 150 kg. Fielded foremost by the BMW Works team livered in the now familiar M-colours, but also by Alpina and Schnitzer, the 3.0 CSL fought an epic battle with the Ford Capri throughout the season. At the end of the season, it was Works driver Toine Hezemans who took the driver’s title and BMW claimed the manufacturer’s crown. Exemplary for the series’ popularity were the guest drives of Formula 1 drivers Lauda, Hunt, Stuck and Amon. The latter two scored a victory in the Nürburgring round of the season after six brutal hours on the Nordschleife track.

🇫🇷

Différente dans les détails de la voiture de route, la CSL de course était prête pour l’action en 1973. Au cours de la saison, la taille du moteur six cylindres a été augmentée, passant du 3,2 litres initial au 3,5 litres, et la boîte de vitesses à quatre rapports a été remplacée par une boîte Getrag à cinq rapports. Par rapport aux premiers efforts d’Alpina, la puissance a augmenté de 75 ch et le poids a diminué de plus de 150 kg. Présentée avant tout par l’équipe BMW Works dans les couleurs M désormais familières, mais aussi par Alpina et Schnitzer, la 3.0 CSL a livré une bataille épique à la Ford Capri tout au long de la saison. À la fin de la saison, c’est le pilote Works Toine Hezemans qui remporte le titre de pilote et BMW la couronne des constructeurs. La popularité de la série est illustrée par les pilotes de Formule 1 Lauda, Hunt, Stuck et Amon. Ces deux derniers ont remporté la victoire lors de la manche de la saison au Nürburgring, après six heures brutales sur le circuit de Nordschleife.