🇳🇱

Voor het seizoen van 2011 keerde Aston Martin Racing terug naar een op GT-auto’s gebaseerd programma. De uitstap naar de prototype klasse met de AMR-One bleek een brug te ver voor het Britse sportwagenmerk.

Aangezien de regelgeving werd aangepast gedurende  enigszins verschilden van de bijgewerkte Le Mans GT2 (nu GTE) regelgeving, werd de auto doorontwikkeld en opnieuw gelanceerd als Vantage GTE.

De belangrijkste upgrades richten zich met name op gebruiksgemak, een groot nadeel van de uitgaande Vantage GT2. Dit omvatte het creëren van een nieuwe modulaire constructie met een reeks verwijderbare balken in de voorste structuur, waardoor de motor rechtstreeks uit de auto kan worden getrokken. Dit maakte het mogelijk om het proces van het vervangen van de motor in minder dan een uur te voltooien zonder enige invloed op de ophangingsinstellingen, in tegenstelling tot de oude configuratie, die meer dan vier uur in beslag kon nemen. Om de veiligheid te vergroten, werd de brandstofcel binnen de rolkooi opnieuw gepositioneerd om het risico op schade aan de structuur bij een ongeval te verminderen. Andere upgrades omvatten gewichtsverminderingen overal, waaronder gewichtsverminderingen voor veel individuele onderdelen zoals de batterij.

In 2011 racete de Vantage GTE mee in de 24 uurs van Le Mans, maar finishte helaas niet. Twee jaar later, in 2013, crashte de 34 jarige Deen Allan Simonsen in de Aston Martin Vantage tijdens de 24 uur van Le Mans en overleefde het ongeluk niet. Dit was het eerste dodelijke ongeval van een coureur bij de 24 uur van Le Mans sinds 1997.

🇬🇧🇺🇸

For the 2011 season, Aston Martin Racing returned to a GT-car-based programme. Moving into the prototype class with the AMR-One proved a bridge too far for the British sports car brand.
As regulations were changed during slightly different from the updated Le Mans GT2 (now GTE) regulations, the car was further developed and relaunched as Vantage GTE.
The main upgrades mainly focused on ease of use, a major drawback of the outgoing Vantage GT2. This included creating a new modular structure with a series of removable beams in the front structure, allowing the engine to be pulled directly out of the car. This made it possible to complete the process of replacing the engine in less than an hour without any impact on suspension settings, unlike the old configuration, which could take more than four hours. To enhance safety, the fuel cell was repositioned within the roll cage to reduce the risk of damage to the structure in an accident. Other upgrades included weight reductions everywhere, including weight reductions for many individual components such as the battery.

In 2011, the Vantage GTE raced in the 24 Hours of Le Mans, but unfortunately did not finish. Two years later, in 2013, 34-year-old Dane Allan Simonsen crashed in the Aston Martin Vantage at the 24 Hours of Le Mans and did not survive the accident. This was the first fatal accident of a driver at the 24 Hours of Le Mans since 1997.

🇫🇷

Pour la saison 2011, Aston Martin Racing est revenu à un programme basé sur des voitures GT. Le passage à la catégorie prototype avec l’AMR-One s’est avéré être une étape trop difficile pour la marque britannique de voitures de sport.
Comme les règlements ont été modifiés au cours de la période légèrement différente de la mise à jour des règlements Le Mans GT2 (maintenant GTE), la voiture a été développée davantage et relancée sous le nom de Vantage GTE.
Les principales améliorations ont porté sur la facilité d’utilisation, un inconvénient majeur de la Vantage GT2 sortante. Une nouvelle structure modulaire a ainsi été créée, avec une série de poutres amovibles dans la structure avant, ce qui permet de sortir le moteur directement de la voiture. Il a ainsi été possible de remplacer le moteur en moins d’une heure, sans incidence sur les réglages de la suspension, contrairement à l’ancienne configuration qui pouvait prendre plus de quatre heures. Pour améliorer la sécurité, la pile à combustible a été repositionnée à l’intérieur de l’arceau de sécurité afin de réduire le risque d’endommagement de la structure en cas d’accident. D’autres améliorations ont consisté à réduire le poids partout, y compris pour de nombreux composants individuels tels que la batterie.

En 2011, la Vantage GTE a participé aux 24 heures du Mans, mais n’a malheureusement pas terminé la course. Deux ans plus tard, en 2013, le Danois Allan Simonsen, 34 ans, a chuté au volant de l’Aston Martin Vantage aux 24 Heures du Mans et n’a pas survécu à l’accident. Il s’agit du premier accident mortel d’un pilote aux 24 heures du Mans depuis 1997.