CONCOURS OF ELEGANCE

🇳🇱

In het begin van de jaren dertig, gestimuleerd door zowel
het race- als het commerciële succes van de 6C-modellen,
besloot Alfa Romeo om een nieuwe achtcilinderlijnmotor
te ontwikkelen. Niet alleen kon het merk hiermee een
hoger marktsegment bedienen, de auto zou ook voor de
racerij kunnen worden ingezet. Vittorio Jano bedacht een
dubbel, zeer geavanceerd viercilinderblok met lichtmetalen
cilinderkoppen, een carburateur en een supercharger. De
155 pk sterke 8C 2300 werd in 1931 gepresenteerd. Tazio
Nuvolari’s overwinning in de Targa Florio in 1931 was slechts
de eerste van een lange reeks racesuccessen van de 8C 2300.
Zo wonnen Campari en Nuvolari de Italiaanse GP in Monza,
in 1932 en 1933 boekte de Alfa Romeo de eerste successen in
de 1000 Miglia en de auto bleek onverslaanbaar in de 24 Uur
van Le Mans. In 1934 won de 8C voor de vierde keer op rij.
Tegen die tijd was het vermogen gestegen tot 180 pk en lag
de topsnelheid op 215 km/h.

🇬🇧 🇺🇸

Spurred on by both the racing and commercial success of the 6C models, Alfa Romeo decided to develop a new eight-cylinder inline engine in the early 1930s. Not only would this enable the brand to serve a higher market segment, the car could also be used for racing. Vittorio Jano came up with a dual, highly advanced four-cylinder block with alloy cylinder heads, a carburettor and a supercharger. The 155-hp 8C 2300 was introduced in 1931. Tazio Nuvolari’s victory at the 1931 Targa Florio was just the first in a long series of racing wins for the 8C 2300.

Campari and Nuvolari won the Italian GP at Monza, in 1932 and 1933 the Alfa Romeo scored its first victories in the Mille Miglia, and the car proved unbeatable at the 24 Hours of Le Mans. In 1934, the 8C won for the fourth time in a row.

By then, the power had increased to 180 hp and the top speed was 215 km/h.